E$FOPER - Bestandsoperaties
Aanroep | |
xcall e$foper (vlag, {bestand_in | FDF-nummer_in}[, {bestand_nw | FDF-nummer_nw}])
|
|
Common velden vóór aanroep | |
|
|
Parameters te vullen bij aanroep | |
|
|
Parameters gevuld bij terugkeer | |
|
|
Common velden gevuld bij terugkeer | |
|
|
Voorbeelden | |
Eerst een definitie van een bestand in de FDF: We werken met terminalnummer 001 en onder administratie 001. Verwijderen van objecten van schijf De volgende twee voorbeelden hebben hetzelfde resultaat, namelijk dat het bestand E$TEST:FILE001.001 wordt gewist:
In de tweede xcall wordt de bestandsspecificatie via de FDF opgebouwd. Hernoemen van objecten In de nu volgende voorbeelden gaan we een bestand A.A hernoemen naar bovengenoemd bestand FILE001.001:
Wat ook kan, is dat het te hernoemen bestand ook via de FDF wordt gevonden:
Het maken van een ISAM bestand Het maken van een ISAM geschiedt door een SPAWN uit te voeren met de betreffende maak-opdracht (BLDISM als DBL/ISAM en CREATE/FDL als RMS/ISAM onder VMS). Aangezien een PAR bestand voor DBL/ISAM de bestandsspecificatie op de tweede regel heeft staan, is het onmogelijk om direct een ISAM te maken met een andere naam of op een andere plek dan wat de specificatie toelaat. Hieronder een voorbeeld:
Daarom wordt de PAR ingelezen, op de tweede regel wordt de nieuwe bestandsnaam geplaatst en op de logical TEMP wordt de aangepaste PAR weggeschreven en vanaf die plaats aan BLDISM aangeboden. Hieronder een voorbeeld om een ISAM maken:
Het voordeel van deze werkwijze is dat je niet voor elk bestand een eigen PAR hoeft te hebben. |