Limerick
(op z'n plat Amsterdams zingen)
Wat hielt ik feel fan jau
mun liefe sjchat
Maar bai de doktur loop ik
de deure plat
Ik heb ju ferloruh toen ik
op mun brommer sjat
Niks heeft geholpeu
maar ik wasj ju
toch al sjat
(refrein)
En hij ging trekkeu, trekkeu, trekkeu,
maar dat gaf vlekkeu, vlekkeu, vlekkeu.
De wasj staat in de gang,
het bed sjit fol met flooieu
De afwasj heb ik van ellende
naar buiteu moeteu gooieu.
Ik sjit hier met un staive
de taid maar te verdraiveu.
Ik ruik jau lluchie nog
as ik me neus
onder de lakes dau
(refrein)
En hij ging trekkeu, trekkeu, trekkeu,
maar dat gaf vlekkeu, vlekkeu, vlekkeu.
Maor ut bet isj leeg
en wacht op jau
De lakes plakku
fan al dat gesjor, au, au
En de 16+ ferliest
sjain kracht
Mun pik is rood
na weer un eensame nacht.
(refrein - langzaam afbouwen)
En hij ging trekkeu, trekkeu, trekkeu,
maar dat gaf vlekkeu, vlekkeu, vlekkeu.